Odisee | ECTS
[PRD][v1.3.0.0]
ECTS OLR & Kerndoelen

Opleidingsonderdeel (OPO): 3-2 be a bachelor (OWV01B)

Academiejaar:


Opleidingsspecifieke leerresultaten

2.   De student verleent evidence based en theoretisch onderbouwde verpleegkundige zorg op basis van klinisch redeneren en een attitude van verantwoordelijkheids- en ondernemingszin, een ruime mate van initiatief en proactiviteit, conform de algemene en beroepsgerelateerde wetgeving.

3.   De student verleent zowel in vertrouwde als in niet-vertrouwde en/of complexe en gespecialiseerde zorgsituaties cliëntgerichte en –gestuurde verpleegkundige zorg op maat, gebruik makend van de gepaste technologie en met aandacht voor structuur, stiptheid en nauwkeurigheid teneinde de kwaliteit van zorg en de veiligheid van de zorgvrager te waarborgen in de concrete handelingen.

6.   De student ontwikkelt op basis van theoretische kaders, internationale referenties, maatschappelijke context en ervaring zowel een visie op verpleegkunde als een constructief-kritische ingesteldheid.

9.   e student organiseert en coördineert autonoom en in overleg met andere zorgverstrekkers intra-, trans- en extra-murale zorg.

10.   De student bewaakt en bevordert de kwaliteit van de individuele en globale zorgverlening binnen de eigen organisatie.

12.   De student zoekt op een gerichte en methodische manier vak- en wetenschappelijke literatuur op, beoordeelt de relevantie en bruikbaarheid ervan, integreert nieuwe inzichten in de beroepsuitoefening en -ontwikkeling, participeert aan praktijkgericht wetenschappelijk onderzoek.

13.   De student draagt als autonome professional actief bij tot de profilering van het beroep en staat kritisch ten opzichte van maatschappelijke evoluties en het economisch, sociaal en ethisch beleid.



Kerndoelen

2.1   De student relateert, vanuit eigen initiatief, gegevens uit verschillende bronnen aan elkaar, beoordeelt deze kritisch en trekt er conclusies uit teneinde wetenschappelijk gefundeerd, praktijkrelevant en menswaardig de zorg te verlenen.
2.0   Doorgroei
3.1   De student verzamelt relevante informatie op somatisch, psychisch, sociaal en existentieel gebied.
3.0   Gevorderd
3.3   De student identificeert de verpleegkundige diagnoses uit de verzamelde gegevens.
3.0   Gevorderd
3.5   De student formuleert en beargumenteert verpleegkundige interventies.
3.0   Gevorderd
3.6   De student maakt geïndividualiseerde zorgplannen.
3.0   Gevorderd
3.8   De student maakt correct gebruik van de gepaste technologie.
3.0   Gevorderd
6.1   De student ontwikkelt vanuit verpleegkundige kaders en modellen een visie op verpleegkunde.
3.0   Gevorderd
6.2   De student toetst zijn visie af aan deze van de organisatie en aan de opgedane ervaringen.
3.0   Gevorderd
6.3   De student kan ervaringen m.b.t. visie en innovatie met een constructief- kritische ingesteldheid delen met andere zorgverleners, nationaal en internationaal.
3.0   Gevorderd
6.4   De student kan vanuit een persoonlijke visie en kritische ingesteldheid voorstellen formuleren tot verbetering van de beroepspraktijk.
3.0   Gevorderd
9.1    De student stelt prioriteiten in de organisatie en in de coördinatie van de zorg. De student herkent de grenzen van de eigen deskundigheid en schakelt andere disciplines in wanneer de eigen deskundigheid ontoereikend is.
1.0   Basis
9.4    De student delegeert, plant en organiseert de zorgen die niet zelf kunnen uitgevoerd worden en volgt deze op.
1.0   Basis
10.1   De student neemt initiatief om de kwaliteit van zorg binnen de eigen organisatie te optimaliseren.
3.0   Gevorderd
10.2   De student zoekt actief naar nieuwe voorstellen om de kwaliteit van de individuele zorg te optimaliseren.
3.0   Gevorderd
10.3   De student toetst het eigen handelen systematisch en kritisch af aan bestaande procedures.
3.0   Gevorderd
10.4   De student kan actief meewerken aan projecten ter optimalisatie van verpleegkundige zorg.
2.0   Doorgroei
12.1   De student distilleert vanuit de beroepspraktijk knelpunten en vertaalt deze probleemstelling in concrete vraagstellingen.
3.0   Gevorderd
12.2   De student zoekt op een gerichte en methodische manier wetenschappelijke vakliteratuur op.
2.0   Doorgroei
12.3   De student beoordeelt de relevantie en bruikbaarheid van wetenschappelijke literatuur en kan zijn standpunt verdedigen.
2.0   Doorgroei
13.4   De student is op de hoogte van actuele kwesties in de gezondheidszorg en vertaalt de consequenties hiervan naar de eigen zorgverlening.
2.0   Doorgroei