1.1 De bachelor OPT kent een voldoende diversiteit van vormgevingsmethoden, de relevante machines en hun mogelijkheden.
|
|
1.2 De bachelor OPT kent de relevante productieparameters en kan deze gepast bepalen en instellen
|
|
1.3 De bachelor OPT kan vanuit een productie-technische achtergrond een grondige analyse maken van een tekening om op basis van geometrie, tolereranties en afwerkingsgraad een gepaste productiemethode te kiezen en een opstelling te ontwerpen en op te bouwen.
|
|
1.4 De bachelor OPT is in staat om in het kader van werkvoorbereiding, een gepaste werkgang uit te werken.
|
|
1.5 De bachelor OPT kan via een softwarepakket of rechtstreeks op de machine, een gepast CNC-programma opbouwen, uittesten en in productie brengen.
|
|
2.1 De Bachelor OPT is in staat om voor een project de nodige planning, opvolging en bijsturing te voorzien. De Bachelor OPT kan tevens instaan voor de taakverdeling binnen het project.
|
|
2.2 De Bachelor OPT kan instaan voor de samenwerking, communicatie en afspraken binnen het project
|
|
3.1 De Bachelor OPT heeft ervaring met het gebruik en bedienen van een diversiteit aan instrumenten, toestellen, machines, software, relevant aan de beroepspraktijk
|
|
3.2 De Bachelor OPT heeft ervaring met een werksituatie en -omgeving relevant voor de beroepspraktijk
|
|
3.3 De Bachelor OPT heeft ervaring met het werken in een team
|
|
4.1 De bachelor OPT kent de randvoorwaarden/beperkingen naar toepassingen en resultaten en kan deze gepast interpreteren
|
|
4.2 De bachelor OPT kan een gepaste keuze maken naar opstelling/simulatie, rekening houdend met bepalen van randvoorwaarden
|
|