Odisee | ECTS
[PRD][v1.3.0.0]
ECTS OLR & Kerndoelen

Opleidingsonderdeel (OPO): Bachelorproef buiten Europa (OI3071)

Academiejaar:


Opleidingsspecifieke leerresultaten

1.   Gebruikt wetenschappelijke kennis en inzicht in systemen en toepassingen van de agro- en biotechnologische sectoren om complexe, sectorgebonden uitdagingen aan te pakken, ook in een niet-vertrouwde context.

2.   Zoekt bij het analyseren en oplossen van sectorgebonden vraagstukken, doelgericht naar wetenschappelijke, technische en praktijkgebaseerde informatie, evalueert en verwerkt deze kritisch en refereert correct.

3.   Detecteert binnen een afgelijnd kader een probleem en formuleert een adequate probleemstelling.

4.   Plant autonoom een project en werkt het uit, rekening houdend met de randvoorwaarden en de haalbaarheid in de praktijk.

6.   Neemt kritisch doordachte en maatschappelijk verantwoorde beslissingen in functie van het werken met levende materie.

7.   Stelt zich zowel individueel als in teamverband ondernemend op en neemt mee de leiding en verantwoordelijkheid voor de resultaten.

8.   Combineert zijn technische kennis en vaardigheden met inzicht in juridische, economische, ecologische en humane ontwikkelingen om duurzaam te handelen in een internationale context.

9.   Communiceert correct en duidelijk over vakgebonden onderwerpen, intern en extern, met zowel een breed als een gespecialiseerd publiek.

10.   Toont een open attitude waarmee hij/zij de actuele maatschappij met al zijn uitdagingen kritisch benadert, en zin voor initiatief om daarin zijn/haar verantwoordelijkheid te nemen.

11.   Vormt vanuit een ethisch bewustzijn een visie op vraagstukken in de agro- en biotechnologische sectoren, met inbegrip van duurzaamheid.

13.   Past zijn brede kennis en vaardigheden op een multidisciplinaire manier toe in de agro- en biotechnologische sectoren.

15.   Werkt constructief samen met anderen, met respect voor de mens, de materie waarmee hij werkt en het ecosysteem.



Kerndoelen

1.1    De bachelor AB kent en beheerst de theorieën en technieken uit de eigen afstudeerrichting (1) en kan deze toepassen bij praktijkrelevante problemen. (23)
3.0   Gevorderd
1.3   De bachelor AB kan vanuit een basisbegrip (1) van de agro- en biotechnologische sector zelfstandig nieuwe bijkomende informatie vergaren (1) en zich eigen maken (2).
2.0   Doorgroei
2.1   De bachelor AB kent en beheerst de elementen van een wetenschappelijke aanpak (1) en kan deze toepassen bij het oplossen van praktische problemen (2).
2.0   Doorgroei
2.3   De bachelor AB kan binnen zijn beroepssector informatie uit verschillende bronnen beoordelen op betrouwbaarheid (2), deze integreren in een samenvattende tekst (2) en deze informatie kritisch verwerken (3).
3.0   Gevorderd
3.2   De bachelor AB kan met de kennis van de basiswetenschappen en van zijn eigen afstudeerrichting (1) zelf oplossingen formuleren voor praktijkrelevante problemen en deze oplossingen onderbouwen (23).
3.0   Gevorderd
3.3   De bachelor AB kan een complexe uitdaging herleiden naar overzichtelijk afgebakende deeltaken en een stappenplan ontwerpen om deze doelmatig en efficiënt aan te pakken (23).
3.0   Gevorderd
4.1   De bachelor AB maakt verantwoorde keuzes op basis van de basiskennis en specifieke kennis van de eigen afstudeerrichting (23).
3.0   Gevorderd
4.2   De bachelor AB kan een uitgewerkt project evalueren (2) en bijsturen waar nodig (3).
3.0   Gevorderd
4.3   De bachelor AB houdt bij het uitwerken van een project rekening met sectorspecifieke kennis, economische inzichten, ecologische en juridische grenzen en sociale wenselijkheid (3).
3.0   Gevorderd
6.3   De bachelor AB kan een afweging maken tussen maatschappelijke noden en het gebruik van levende materie (23).
3.0   Gevorderd
7.3   De bachelor AB ziet prioriteiten binnen een complexe context en neemt initiatief (3).
3.0   Gevorderd
8.6   De bachelor AB kan kennis van de technische, juridische, economische, ecologische en humane context combineren om bepaalde handelingen te stellen (2) en te verantwoorden (3).
3.0   Gevorderd
9.3   De bachelor AB kan technisch en wetenschappelijk werk schriftelijk rapporteren aangepast aan het niveau van het doelpubliek (23).
3.0   Gevorderd
9.4   De bachelor AB kan technisch en wetenschappelijk werk mondeling presenteren aangepast aan het niveau van het doelpubliek (23).
3.0   Gevorderd
10.2   De bachelor AB kan maatschappelijke problemen analyseren (2) en bespreken met het oog op het formuleren van een voorstel tot oplossing (3).
3.0   Gevorderd
11.1   De bachelor AB is op de hoogte van de ethische context (1), kan hiermee een eigen opinie formuleren (2) en kan zijn eigen handelingen onderbouwen (3).
3.0   Gevorderd
11.4   De bachelor AB situeert autonoom de gevolgen van activiteiten binnen zijn beroepscontext in een brede maatschappelijke context en maakt ethisch verantwoorde keuzes (3).
3.0   Gevorderd
13.1   De bachelor AB kan vanuit een brede basiskennis (1) vakoverschrijdende informatie samenbrengen (2) om een probleem op te lossen (3).
3.0   Gevorderd
13.2   De bachelor AB integreert op zelfstandige basis de kennis en inzichten uit de basisopleiding en de eigen afstudeerrichting (23).
3.0   Gevorderd
15.2   De bachelor AB kan nadenken over de gevolgen van zijn activiteiten voor zowel zijn medemens als het milieu (2) en op basis daarvan keuzes rechtvaardigen (3).
3.0   Gevorderd